Opdracht 7 – Vagus reset dag 3

De derde opdracht gericht op de Nervus Vagus. In de eerste opdracht heb je geleerd wat de Nervus Vagus is, waarom deze belangrijk is en dat er 3 verschillende staten van deze zenuw zijn je functioneren kunnen beïnvloeden. Je hebt daarna in je eigen gelet op deze staten en gevoeld wat er in die staten gebeurd. Vervolgens in de tweede opdracht dit in kaart gebracht. Je hebt nu dus een goed beeld van de drie verschillende standen waarin je kan verkeren. Nu is het tijd om te bekijken hoe je daar in belandt en ga je bedenken wat voor jou de beste manier is om weer terug te komen naar die ventrale staat van zijn.

Download eerst weer de volgende pdf. Deze is invulbaar en kun je net als bij de vorige opdracht invullen en uploaden. Klik er voor nu eerst even op zodat je kunt zien hoe de kaart eruit ziet en kom daarna weer terug naar deze tabblad om te lezen hoe je deze kaart het beste invult.

NERVUS VAGUS TOP DOWN KAART

Op de kaart herken je weer de ventrale, sympatische en de dorsale vagus. Zonder te spieken op je vorige kaart, geef deze weer je eigen naam. Dat mag hetzelfde zijn als de vorige keer, maar misschien komt er een woord in je op die nog beter passend is. Begin eerst met het invullen van de rode pijlen, startend bij de bovenste. Werk je weg naar beneden en wanneer de rode pijlen zijn ingevuld, klim je weer naar boven door eerst de onderste groene pijl in te vullen, eindigend met de groene pijl terug richting de ventrale vagus.

Factoren (interne of externe) die je naar een lagere vagus-staat brengt:
Het kan zijn dat je bij de eerste opdracht van de Nervus Vagus gemerkt hebt dat je op een dag zonder daar direct invloed op te hebben naar een andere staat verschuift. Externe factoren zoals gesprekken met anderen, dingen die op het werk gebeuren of onverwachtse situaties waar je je niet op bedacht had, het kan er allemaal voor zorgen je afdaalt naar een sympathische of dorsale stand.
Intern kun je denken aan de manier hoe je met die situaties omgaat. Wat is het verhaal dat je jezelf verteld over een situatie. Brengt zo’n gedachte je juist terug omhoog of juist naar beneden. Wat zijn dan woorden of zinnen die je tegen jezelf verteld?

Maak het zo concreet mogelijk, met voorbeelden of patronen die je bij jezelf herkent. Dat kan dus ook heel goed zijn dat dit een emotie is die je voelt of dat je afleidingsstrategiën herkent die je naar een andere staat brengt. Combineer het allemaal met elkaar, het voorbeeld van gisteren of vorige week kun je dus ook opschrijven, maar ook dat ene ding dat iedereen keer weer terugkomt bij je.

Strategiën die je kunt gebruiken om terug naar boven te bewegen:
Merk op dat het bewegen van de dorsale stand (immobilisatie) naar de sympathische stand (mobilisatie) anders is dan wanneer je van de sympathische staat naar de ventrale staat beweegt. Mediteren wanneer je in een immobiele staat (de dorsale vagus) zit, zorgt er bijvoorbeeld niet voor dat je gemobiliseerd raakt en verschuift naar een sympathische staat.

Voorbeelden om van de dorsale staat naar de sympathische te gaan:
– Affirmaties uitspreken.
– Ongecensureerd schrijven over emoties.
– Primal 5 oefening.
– Ademtechniek van Wim Hof.
– Fysieke prikkeling toedienen zoals tappen, triggerpoints met een balletje releasen, voetreflexpunten stimuleren of kloppen op neurolymfatische punten.
– Actie ondernemen. Hardop uitspreken: “3…2…1… Let’s go!”

Voorbeelden om van de sympathische staat naar de ventrale vagus terug te keren:
– Schrijf op en spreek uit: “Welke emotie voel ik nu?” “En welke emotie voel ik nu?” en zo door.
– Ongecensureerd schrijven over emoties.
– Reformer formulier invullen.
– Tappen, mediteren, ademoefening, wandelen door het bos of over het strand.

Blijf bij jezelf, wat werkt voor jou en wat kun je toepassen van alles wat je afgelopen weken hebt geleerd?